De bange koks van Bangkok



Gezegend in de Wat Arun

Vrijdag 13 maart 2020: lockdown in België.  Enkele dagen later landden ook wij gedwongen terug in België, vroeger dan gehoopt.  We wisten het toen al: we keren zo snel mogelijk terug naar Zuidoost-Azië.

Een jaar geleden vroegen we met goede hoop alvast ons verlof aan. En hoewel bij ons de grenzen terug opengingen en de maatregelen versoepelden, bleef Zuidoost-Azië op slot.  Het begon tegen december toch wat te knijpen.  We moesten toch maar eens tickets gaan kopen.  Maar je geraakte Thailand niet zomaar binnen: 2 weken in verplichte quarantaine en mocht je positief testen, gedwongen ziekenhuisopname om je quarantaine daar uit te zitten voor een paar duizend euro.  Dat leek ons niet echt aantrekkelijk.  Waarheen dan wel?  We hebben echt alle landen van de wereld bekeken: te koud, te duur, te winters, te strikte inreiscriteria, te nat, te gevaarlijk, teveel gezien al, te weinig zee, te te te ...
Er bleef echt maar één optie over: Thailand.  Dus we sprongen en boekten tickets. 
Naarmate ons vertrek naderde, werden twee weken quarantaine vijf dagen, dan nog twee testen, één test en uiteindelijk gewoon 'Welcome to Thailand' vanaf 1 mei. Oef!

Ons heerlijk zwembad 

En wat een warm welkom was het in het fantastisch bruisende Bangkok.  Warm, letterlijk dan. Het is regenseizoen - niet dat het constant regent - maar het kan wel tellen qua vochtigheid.  Vergelijk het met het gevoel van constant onder een douche te staan, maar dat is dan je eigen zweet dat vanaf het topje van je hoofd tot aan je tenen stroomt.  Zei ik al 'constant'? 
Warm letterlijk, maar zeker ook figuurlijk.  De 'sawadeeka's' en '-krabs' vliegen je om de oren.  Om nog maar te zwijgen van hun immer aanwezige glimlach.  Niet dat het allemaal positief is. Een enkele Thai durft zelfs te knijpen, vooral naar Eli dan.  Eli was helemaal in shock toen dit gebeurde - en wij Sanna en Eli maar proberen aan te leren dat ze niet mogen knijpen naar elkaar.  Tot zover onze opvoeding.

Wat Arun

En om even helemaal cliché te gaan: dat eten! Die croque monsieurs uit de 7/11...  to die for - echt waar trouwens, maar nu even serieus: de rode curry's, wat een genot voor de smaakpapillen.  En deze blijken de laatste twee jaar behoorlijk getraind te zijn op pikantheid, want mijn tong staat tegenwoordig niet meer in brand.  Eli voelt zich ook de koning te rijk: hij lust namelijk geen gekookte aardappelen en dat serveren ze hier nauwelijks: 10 weken frieten en rijst - wat een feest!  Alleen vroeg Sanna zich af: "Waarom zijn die koks dan bang in Bangkok?".

Spelen onder toeziend oog van de monniken

We bleven drie dagen in Bangkok.  Net voldoende om te acclimatiseren (alhoewel die douche nooit went).  We namen de taxiboot op de Chao Praya River en bezochten Wat Arun (wat = tempel).  De kindjes en wij verwonderden ons over al die pracht en praal, gouden boeddha's ("Kan ik in het eerste leerjaar ook 'boeddha' leren, mama?"), kleuren en geuren en we kregen zelfs een sai sin (een gekleurd geluksarmbandje) van de monnik.  

Wat Arun

Fantastisch uitzicht op Bangkok

We namen de lift naar de top van een hotel en genoten niet alleen van een Singha-pint en het uitzicht, maar lieten ons volledig gaan op een 'Smile Safari' op zijn Thais, met de skyline van Bangkok op de achtergrond.
We haalden de hippie in ons boven (nooit zo heel ver weg trouwens volgens sommigen) en trokken naar Khaosan Road, ooit de drukste uitgaansbuurt van Bangkok, maar nu leek het zijn beste tijd gehad te hebben - net als ook die kerel achterin de bar met zijn vijfde ballon lachgas.  Sanna wou gebakken schorpioen proeven, maar dat hadden we liever niet (dan willen ze eens proeven, is het weer niet goed).  Ons hippie-zijn beperkte zich trouwens verder tot het vlechten van gekleurde draadjes in de kindjes hun haar.

'Smile Safari' op z'n Thais

Khaosan Road

We namen ook nog de taxi naar de moeder aller markten, de grootste markt ter wereld: Chatuchak market.  Je kon er kiezen tussen nep-lego, kittens, slangen of souvenirs.  We hielden het bij nep-lego en souvenirs.
Om af te sluiten, kregen we een heuse tropische regenbui op ons hoofd, een heerlijk verkoelende wel welkome douche, en dansten we in de regen.