Laos: back to basics
Dag 20 – dag 23 (don 23/01 – zon 26/01): Luang Namtha
 |
| Rijstveldje aan de Chinese grens |
Tijd om Thailand even te verlaten. Het is de bedoeling om Thailand half maart terug binnen te komen via Cambodja en dan nog twee weken naar de eilanden in het zuiden te trekken, maar dat is voor later.
Laos dus. Terug de bus op. Deze keer van Chiang Rai naar Luang Namtha in Laos, bij het Nam Ha National Park. Een busrit om wel te herinneren. Niet alleen was dit een slaapbus (ook al reisden we overdag), maar een nieuwe negatieve ontwikkeling stak de kop op: reisziekte. Vroeger zelden last van gehad, behalve één keer serieus in Iran toen we de taxi zelfs laten stoppen hebben, omdat ik zo ziek was. Maar dat was toen ook echt van de ene haarspeldbocht naar de andere. Nu stak het de kop op op kaarsrechte wegen. Toegegeven: ik was immigratieformulieren aan het invullen. Die kafkaiaanse toestanden waren op zich al voldoende om ziek van te worden.
 |
| Slaapbus |
Maar wat een handige manier om de grens over te steken. Iedereen uit de bus, stempeltje in je paspoort, bus met bagage rijdt ondertussen de grens over terwijl jij door de douane stapt, geen verdere controle, bus terug in aan de andere kant van de grens, niemandsland doorrijden, hetzelfde scenario in Laos en hup, je bent er. Ik wil niemand op ideeën brengen, maar qua smokkelroute kan dit tellen.
 |
| Douane |
Laos, ook wel ‘het land van een miljoen olifanten onder een witte parasol’ genoemd. Van een klinkende naam gesproken. Hetgeen we al gezien hebben, is in elk geval al even mooi als de naam doet vermoeden. Het land van 55% Lao en 45% verschillende stammen (Hmong, Yao, Akha, …), boeddhisten en nog veel animisten. Deel geweest van Indochina en door de Fransen genoemd ‘Les Laos’, naar drie samengevoegde koninkrijken en door ons allen dus verkeerdelijk overgenomen als Laos en niet Lao.
Wat een verschil met Thailand. Thailand is luxe, is vertrouwd, is ‘al wat je wensen kan, dat zal je wel ergens vinden (zelfs een chouffeke)’. Thailand is achteraf gezien wel heel makkelijk reizen.
 |
| Eli met twee prachtige Yao-dames |
En dan kom je Laos binnen. De wegen zijn er direct ontzettend beroerd aan toe. Koeien, geiten, honden, kippen en kinderen lopen midden op de weg. In Thailand rijden de auto’s links. De eerste kilometers in Laos was het mij niet helemaal duidelijk aan welke kant we zouden rijden, we reden vooral in het midden. Nu blijkt dat het rechts is. Maar mooi, zo ontzettend mooi. De natuur is onbeschrijflijk. Alle variaties groen met heuvels, jungle, rijstvelden, rubberbomen en daartussen lokale dorpjes. We waren direct helemaal verkocht!
 |
Op wandel
|
 |
| Een brug waar ook brommers over rijden, auto's moesten door het water. |
Luang Namtha, het is een scheet groot. In tegenstelling tot Thailand zijn er geen 7/11's, geen supermarkten, geen ziekenhuizen, geen verharde wegen en geen straatverlichting 's avonds. Maar je krijgt er wel rust, idyllische landschappen en rijstvelden voor in de plaats. Mensen zijn een stuk bescheidener, wel nog steeds even aardig, al duurt het even. Eli, nog gewoon van in Thailand, zwaait naar Jan en alleman, maar hier wordt niet zo uitbundig teruggezwaaid, hier duurt het even voor ze loskomen. Niet dat dit hem tegenhield om hier ook vrienden te maken.
 |
Eli bepotelen
|
 |
| Luang Namtha city |
We besloten helemaal
local te gaan. We wilden een tweedaagse tocht doen, met een overnachting in een
homestay, bij mensen thuis dus in een dorpje ergens. Wat een ervaring! We kregen een chauffeur en twee gidsen en trokken eropuit. De eerste dag bezochten we verschillende dorpjes (Hmong, Lent, Cambodjaans). We leerden dat mensen hier vooral leven van de rubberkweek (grote witte bomen), van de jacht (met een haan) en van de visvangst. We werden wel even met onze voeten stevig op de grond gezet. Laat het duidelijk wezen dat wij rotverwende luxebeesten zijn met teveel spullen. Als je ziet hoe de mensen hier leven en met hoe weinig, dan zie je de zaken wel weer eens in perspectief.
 |
Akha-dorp waar we sliepen met achter de bergen China
|
 |
| Stop in een whisky-dorp met tasting |
Lunch aten we bij een waterval. Fantastisch. De weg ernaartoe was een kleine uitdaging. Toen we de gids 's morgens vroegen of we onze wandelschoenen moesten aantrekken, vond hij dat niet nodig. Hij was mis. Toen wij onze andere gids vroegen of de weg naar Luang Prabang goed was, zei hij ook dat die goed was. Ook hij was mis. Niet dat ze liegen, we hebben wellicht andere maatstaven. Maar de weg naar de waterval dus. Klein padje en veel te diepe afgrond soms, op laddertjes klimmen, over iets wat op een gammel bruggetje moest lijken en dat met Eli, het duracell -konijn, die niet stapt, maar ofwel springt ofwel huppelt en geen 5 seconden zwijgt. Een uitdaging op zijn minst. Ik heb pas achteraf gedacht aan alle slangen en ander ongedierte die daar rond ons kroop. Maar die heerlijke lunch naast die ijskoude waterval waar we dan ook nog eens in konden, maakte alles goed.
 |
| Dat was nog een makkelijk stuk. |
 |
Lunch op bananenbladeren
|

Over andere maatstaven gesproken, die hebben ze hier wel en dat is even wennen. Mijn zenuwen staan hier vaak gespannen, moet ik toegeven. Om een simpel voorbeeld te geven. De weg en de vloer is hier bijvoorbeeld niet mooi effen zoals bij ons. De kindjes van hier lopen en springen en rennen, op hun sletsen, en doen dat helemaal prima, maar onze kinderen zijn dat niet gewoon. Zodra die dus beginnen rennen, kan ik je garanderen, gaan die binnen de kortste keren tegen de grond. Of dan ligt hier plots een rooster, maar daar is een stukje uit weg en hopla, daar verdwijnt Eli zijn ene beentje in een vieze roestige put. De ontsmettingstube is hier al vaak bovengehaald. En Michel maar lachen dat ik twee zakken medicijnen meenam. Maar onze kinderen leren ook wel: ze weten al dat er van alle kanten brommers en auto's kunnen komen, ze vragen nu altijd als er iets van eten gevallen is of ze het nog mogen opeten, ze weten hoe ze 's avonds in het donker op straat hun zaklampjes moeten gebruiken en ze weten dat ze op advies van griepdokter Marc Van Ranst meermaals per dag hun handen 20 seconden met zeep moeten wassen. Als je Eli trouwens vaak met zijn tuut op de foto ziet staan, is dat heel bewust. We dachten hem hier van zijn tuut af te krijgen, maar ontdekten dat hij dan gewoon andere dingen in zijn mond stopt. Dan maar liever een tuut.
 |
| Akha-dorp waar we sliepen - vuur om wat te verwarmen, want het koelt 's avonds enorm af. |
Na de waterval trokken we naar de Chinese grens en naar een Chinees dorpje. Daar werden we hartelijk ontvangen. Het was er feest want het was bijna Chinees Nieuwjaar. We kregen er touwtjes met hardgekookte eieren rond onze nek gehangen, om ons geluk te brengen in het nieuwe jaar en we werden uitgenodigd bij iemand thuis om pinten te drinken en noedels te eten. Als extraatje kregen we er gratis karaoke bij en iedereen maar om de vijf minuten santé zeggen. Hopla! Het was feest, dronken worden aan de Chinese grens in Laos. Het is eens iets anders.
 |
Chinees feestmaal met ei rond mijn nek
|
Na het vieren van het Chinees Nieuwjaar trokken we naar het Akha-dorpje waar we zouden slapen.
Back to basics was het inderdaad. Een huis op palen met een matras en een muggennet en net iets teveel gaatjes hier en daar. Het was een heuse ervaring, maar voor mij was het misschien net iets teveel uit mijn comfortzone. Lieve Eli in een huis op palen met gaten, dat is als een olifant in een porseleinkast. Mijn hart begaf het bijna. En zei ik al 'een huis met gaten'? Terwijl ik had gelezen dat als je ergens slaapt waar eventueel vleermuizen kunnen zitten, je direct erna naar de dokter moet gaan om je in te enten tegen rabiës. Ik kreeg er een spontane migraine-aanval door.
 |
Ons huis voor de nacht
|
 |
| Onze bedjes |
Maar bon, Eli is niet door die vloer gezakt en we kregen een muggennet dat ik met uiterste precisie heb gecontroleerd en ik kan je garanderen dat daar mug noch vleermuis is ingekropen. Los van al mijn moederzorgen was het een zeer warm welkom. We kregen ontzettend lekker te eten, de kinderen maakten direct vrienden, Eli vond er uiteraard een vriendinnetje (ook al was ze 10 jaar en even groot als Sanna), we zagen een prachtige zonsondergang.en we vonden het fijn om met onze gidsen te kletsen (de enige die Engels spraken) en zo veel over Laos te leren. Een unieke ervaring dus. Om nog maar te zwijgen over de adembenemende zonsopgang (en de opluchting de nacht overleefd te hebben).
Volgende stop: Luang Prabang, Frans kolonialisme ten top.
 |
| Zonsondergang in het Akha-dorp |
 |
| Op wandel tussen droge rijstvelden aan de Chinese grens |
 |
Rijstvelden
|
 |
| Nog een laatste knuffel |